Het pensioenakkoord van het kabinet, werkgevers en vakbonden heeft gevolgen voor de verhoging van de AOW-leeftijd, de inrichting van het werkgeverspensioen en dwingt zzp’ers om zich te verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid.

De vakbonden FNV en CNV moeten het dinsdag afgesloten pensioenkoord nog voorleggen aan hun leden. Maar minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken is “blij” dat “de polder levert”.  Koolmees gaat zo snel mogelijk aan de slag met de uitwerking, zodat de kortingen op de pensioenen die voor volgend jaar dreigen nog kunnen worden afgewend.

Minister Koolmees presenteerde het principeakkoord woensdag samen met de sociale partners. Hij is ingenomen met de steun van oppositiepartijen PvdA en GroenLinks, die hij de afgelopen tijd nauw bij de onderhandelingen heeft betrokken.

Koolmees is “meer dan tevreden en misschien wel een beetje trots” dat de polder en de politiek na jaren van moeizame onderhandelingen “nu samen een antwoord geven op de uitdagingen van de toekomst”.  Hij spreekt van een evenwichtig akkoord, goed “voor jong en oud”.

Het nieuwe pensioenstelsel moet in 2022 ingaan. Dit weten we over de voornemens uit het pensioenakkoord:


AOW-leeftijd naar 67 in 2024

Om met de vakbonden tot een akkoord te komen heeft het kabinet-Rutte 3 beloofd dat de AOW-leeftijd langzamer stijgt.

In de nieuwe opzet stijgt de AOW-leeftijd pas in 2024 tot 67 jaar. In de huidige planning zou de AOW-leeftijd al in 2021 naar 67 jaar gaan. Deze vertraagde oprekking van de AOW-leeftijd scheelt dus drie jaar. De kosten hiervan bedragen ongeveer 5 miljard euro.

Ook belooft het kabinet dat de AOW-leeftijd vanaf 2025 slechts 8 maanden zal stijgen per jaar dat we langer leven.

Verder gaat het kabinet kijken naar speciale maatregelen voor mensen met zware beroepen, zodat die eerder kunnen stoppen met werken. Onderling kunnen werkgevers en werknemers afspraken maken om tot drie jaar eerder af te zwaaien.


Pensioenfonds werkgever: opbouw wordt individueler

De opzet van pensioen dat je bij een pensioenfonds van de werkgever opbouwt, gaat op de schop. De precieze invulling wordt nog uitgewerkt, maar op hoofdlijnen komen er een paar veranderingen.

Nu is het zo dat iedereen dezelfde pensioenpremie betaalt voor een vergelijkbare pensioenopbouw. Dit kan leiden tot ongelijkheid tussen generaties. De premie van een jongere zou lager kunnen zijn, omdat die langer kan worden belegd.

Het idee is nu om de pensioenpremie sterker te koppelen aan persoonlijke situatie. Hoe dit precies gaat werken, is nog niet duidelijk. Gevolg van een 'maatwerkpremie' bij de pensioeninleg is immers ook dat er meer verschil komt tussen verschillende generaties bij de pensioenuitkering.


Deel van je pensioen gebruiken om hypotheek af te betalen

Werknemers krijgen ook de mogelijkheid om een deel van hun pensioenpot anders in te zetten, op het moment dat ze met pensioen gaan.

Zo mogen deelnemers van pensioenfondsen bijvoorbeeld het opgebouwde vermogen voor maximaal 10 procent inzetten om een hypotheeklening af te lossen. Gevolg is dan wel dat de pensioenuitkering vervolgens lager uitvalt.


Zzp'ers: wettelijke plicht voor arbeidsongeschiktheidsverzekering

Veel zelfstandigen kiezen ervoor om zich niet te verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid, vanwege de hoge premies voor deze verzekering. Het kabinet wil een wettelijke plicht invoeren voor zzp'ers om zich wel te verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid.

Werkgevers, vakbonden en zelfstandigenorganisaties mogen de komende twaalf maanden met een voorstel komen.

Belangrijke vraag is hoe de verzekeringsplicht voor zzp'ers samen kan gaan met een betaalbare premie voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering. Veel zzp'ers vinden zo'n verzekering nu namelijk te duur.


Lees meer over pensioen: